Kwetsbaar

Gedwongen afhankelijkheid maakt kwetsbaar. Die machteloosheid om ineens overgeleverd te zijn aan de zorgen van een ander, ik las het vaak in iemands ogen. Dat gemis van eigen regie, en de soms rauwe pijn die dat met zich meebrengt. De eerste keer dat ik me daar echt van bewust werd, was toen ik een poosje in een revalidatiecentrum werkte.

Ik had die dag vroege dienst, en de gangen zijn nog stil en donker zo vroeg in de ochtend, de meeste revalidanten liggen nog diep verscholen onder de dekens. Een enkeling verschanst zich in het rookhok, nog wat verkreukeld van een onrustige slaap. De meesten hebben de hele dag een scala aan therapieën, dus start die dag standaard vroeg, uitslapen is er niet bij. Na de overdracht stap ik de mannenzaal op, en ik zie meteen dat hij al wakker is. Ik vul mijn waskommen en zacht pratend maken we contact met wat nietszeggende conversatie. Bijna even oud zijn we, ik op dat moment eenentwintig, hij is een jaar of vier ouder. Ongemakkelijk kijkt hij me aan, want hij weet wat er komen gaat. Ik ga hem wassen en dus moet dat gipskorset uit.

Dat gipskorset dat zijn bovenlichaam stevig en onwrikbaar in zijn greep houdt, dat ervoor zorgt dat de breuken in zijn ruggenwervel kunnen helen. Het korset heeft ritsen, zodat hij af en toe van dat ding verlost kan worden, en hij vindt het elke dag opnieuw spannend als hij even los moet. Voorzichtig maak ik de eerste rits los, en met rode wangen ligt hij te wachten tot ik de bovenkant eraf til en zijn bovenlichaam was.

Voorzichtig maak ik de ritsen weer vast en help hem op zijn buik, maak de ritsen weer los en was zijn rug. Hij slaakt een zucht van verlichting, als ik klaar ben, en niet alleen omdat dat gipskorset weer om zit. Ik moet wennen aan het feit dat ik tijdsgenoten verzorg, hij moet heel erg wennen aan het aanvaarden van die zorg. Zorg van een jonge vrouw, die hij normaal gesproken wellicht in de kroeg zou zijn tegengekomen. Nu ligt hij afhankelijk te zijn in al zijn kwetsbaarheid, tot ik zijn verzorging heb afgerond.

Het maakte een diepe indruk op mij, zijn overduidelijke strijd rondom die verzorging, gegeven door iemand die bijna net zo oud is als hij. Al die zichtbare emotie bij hem, ik moest me ertegen wapenen. Dat was pittig, vooral ook omdat ik toen nog zo jong was, zo onervaren. Tegelijkertijd professional en mens zijn, is soms een lastige combinatie, en steeds opnieuw is dat zoeken naar de balans. Jaren later lag ik zelf kort in het ziekenhuis, en moest ik zelf zorg ontvangen. En ik vond het net zo’n gevecht als hij dat toen vond, om me daaraan over te geven, een onbekende die aan mijn lijf zat. Alsof dat lijf een losstaand iets was, een object, in plaats van een mens met gevoel. Die ervaring, en die emotie, heb ik tijdens al die jaren zorgen voor een ander, altijd met me meegedragen.

Dat enorme kwetsbare, en die soms rauwe pijn, van dat afhankelijk zijn

Wil j meer lezen van Cynthia? Neem eens een kijkje op haar eigen website.